Het moet voor de leerlingen van Jezus een vreemde tijd zijn geweest. Ze zijn nog nauwelijks bekomen van die gebeurtenissen rond Pasen, toen hun Meester stierf en opstond uit de dood, bij hen was en ook weer niet. En dan wordt Hij op een gegeven moment voor hun ogen omhoog geheven en opgenomen in een wolk, zodat ze hem niet meer zagen (Hand. 1:9). Dan breekt voor hen een periode aan, waarin zij voor hun gevoel misschien tussen hemel en aarde hangen. Ze hebben inzicht in Gods woord gekregen, maar hun Meester is weg. Ze voelen zich verlaten en verweesd, zoals de zondag tussen Hemelvaart en Pinksteren daarnaar verwijst, weeszondag. Maar toen het Pinksterfeest aanbrak klonk er uit de hemel een geluid als van een hevige windvlaag en het vulde het huis waar ze waren. Ze werden vervuld met de Heilige Geest. De belofte werd vervuld.
Van vroeger herinner ik me de prenten waarop Hemelvaart heel letterlijk verbeeld werd; Jezus, die omhoog gevoerd werd op een wolk. De wolk staat voor de aanwezigheid van God en Jezus wordt door God opgenomen in zijn werkelijkheid.
Op de afbeelding van Pinksteren zag je de leerlingen, die bij elkaar waren, afgebeeld met elk een vlammetje boven hun hoofd, zoals Lucas het beschrijft. Als kind vond ik het fascinerend, mysterieus. Maar was het werkelijk zo? Of moeten we ons er heel iets anders bij voorstellen?
Niet alleen de leerlingen kennen het gevoel van verweesd zijn. Ik denk dat er velen zijn die zich ontheemd, vervreemd, verwaarloosd, getekend, gestigmatiseerd of geïsoleerd voelen. Omdat ze net iets anders zijn, dan wat normaal gevonden wordt, een andere leefstijl of huidskleur of opvattingen hebben. Mensen die zich nooit begrepen hebben gevoeld, hun dromen niet hebben kunnen waarmaken. Die zich misschien ook tussen hemel en aarde voelen zweven? Waar komt mijn hulp vandaan? Uit de hemel?
Voor de leerlingen werd de belofte van Jezus ingelost; Zijn Geest kwam over hen en zij kregen een kracht en geestdrift over zich, waar ze zelf verstelt van stonden. Mensen staan ook wel eens verstelt van zichzelf, wanneer zij terugkijkend zich afvragen, hoe ze in Godsnaam die tijd achter hen hebben volgehouden. Ik denk dat mensen veel meer kracht bezitten dan ze zelf weten. Maar ze zeggen ook wel eens: daartoe heb ik de kracht ontvangen, van boven. Het kwam van buiten henzelf in hen. Alsof zij geestkracht ontvingen om te kunnen dragen wat voor hen stond.
Tussen Pasen en Pinksteren. Voor ons geen wolken en vlammen zoals op de prenten van vroeger, maar misschien mogen ook wij een beetje van die geestkracht ervaren.
Een goede Paastijd gewenst
en met hartelijke groet,
Ds. Bob Wijnbergen.