EERSTE LEZING: Sefanja 3,14-20
TWEEDE LEZING: Filippenzen 4,4-9
EVANGELIE: Lucas 3,7-18
In deze tijd voor Kerst komen we ieder jaar weer de figuur van Johannes de Doper tegen. Hij hoort helemaal bij het adventsmeubilair. Dat is niet zo verwonderlijk. Want van Johannes hebben we altijd geleerd dat hij de voorloper is van Jezus, de wegbereider. Ik doop jullie met water, maar er komt iemand die machtiger is dan ik. Hij zal jullie dopen met de heilige Geest en met vuur, zegt hij zelf.
Johannes zegt ons niet alleen de wacht aan, hij brengt ons het evangelie. Hij brengt de goede boodschap door zijn aansporingen. En dat is belangrijk. Goed nieuws, dat is voor ons vaak een optimistische boodschap, een geruststellend verhaal: het komt wel goed, maak je niet druk, geef je nou maar over, ga maar lekker slapen. Zoiets. We laten ons liever in slaap sussen dan wakker maken. Maar dat laatste hoort er ook bij. Misschien wel juist. Het goede nieuws is niet een boodschap van koek en ei. Maar het is een oproep tot mobilisatie. Een wake-up call.
In de aansporingen van Johannes om te veranderen schuilt het goede nieuws. Het goede nieuws van Advent. Om open te staan voor nieuwe mogelijkheden, ook in jouw leven, ook in deze wereld. Mogelijkheden of openingen die je aan kunt treffen, die op je pad komen, die zich aan jou kunnen voordoen, die je toevallen. Alleen als je openstaat, kan het zich aan je openbaren. Alleen als je ernaartoe beweegt, zul je het Kind vinden.
Voorganger in deze viering is pastor Frank Beuger.