EERSTE LEZING: Micha 5,1-6
TWEEDE LEZING: Hebreeën 10,5-10
EVANGELIE: Lucas 1,39-45
Elisabeth en Maria. Twee aanstaande moeders. Twee vrouwen die het geheim van het leven onder hun hart dragen. Beiden zijn in verwachting, in blijde verwachting, en dat kleurt hun ontmoeting. Want daarin heeft de vreugde de boventoon. De vreugde van het nieuwe begin.
Als Elisabeth de groet van Maria hoort, springt het kind in haar op. Ze wordt vervuld van de heilige Geest, Bijbelse symbooltaal. Overal waar in de Bijbel de Geest wordt genoemd, gaat het om schepping, creativiteit, om nieuw leven. Ze draagt een kind, ze voelt het nu, ze is door God voor de toekomst bestemd. Daarom roept ze vervolgens jubelend de lof uit over het kind in Maria’s schoot. Op haar eigen manier herkent ze het in haar nicht Maria, in dat eenvoudige meisje, de moeder van haar Heer. En ze zegt: de meest gezegende ben je van alle vrouwen, en gezegend is de vrucht van je schoot. En ze zegt ook: gelukkig is zij die geloofd heeft dat de woorden van de Heer in vervulling zullen gaan.
Soms sluiten we ons af voor het nieuwe, uit angst en onzekerheid, maar zijn dat goedbeschouwd geen tekenen van ongeloof? Hebben we dan eigenlijk niet de verwachting dat God ons iets nieuws wil schenken opgegeven?
Voorganger in deze viering is pastor Frank Beuger.